Goede, slechte en heel slechte vetten
Vroeger dacht men dat alle vetten slecht waren. Ze veroorzaakten allerlei ziekten zoals overgewicht en diabetes. Na jarenlang onderzoek is gebleken dat niet alle vetten per definitie slecht zijn. Er zijn goede, matig slechte, slechte en heel slechte vetten.
Goede, onverzadigde vetten
Hoe vreemd het ook klinkt, er zijn wel degelijk goede vetten. De onverzadigde vetten zorgen voor een omgekeerd effect van slechte vetten. Onverzadigde vetten brengen je slechte cholesterol omlaag en hebben een positieve invloed op je goede cholesterol.
Goede vetten komen voor in vette vis, olie, noten, zaden en verschillende groenten. Daarom is het belangrijk om regelmatig één van de bovengenoemde ingrediënten te eten. Vooral omdat je lichaam zelf erg weinig goede vetten kan aanmaken. Daarnaast verlagen ze de bloeddruk en helpen je hersenen en zenuwstelsel te ontwikkelen. Vooral kinderen hebben dus baat bij goede vetten, maar ook voor volwassenen zijn de effecten erg positief.
Een extra tip is het regelmatig gebruiken van olijfolie. In olijfolie zitten erg veel onverzadigde vetten die een uiterst positieve invloed hebben op je lichaam. Vergeet dus niet regelmatig olijfolie in plaats van boter, te gebruiken bij het bereiden van gerechten.
Denk eraan dat olie voor 100% uit vet bestaat en het dus erg veel calorieën bevat. Eet dus ook niet te veel vetstoffen want ondanks de positieve invloed op je cholesterol, zal je toch veel calorieën opnemen.
Slechte vetten
Natuurlijk zijn er ook slechte vetten. Dit is het soort waarvan je cholesterol in ijltempo omhoog schiet, je aders dichtslibben en je diabetes krijgt. Deze vetten zitten in erg veel vlees- en zuivelproducten. Natuurlijk wil je die slechte vetten zoveel mogelijk vermijden.
Maar sommige vetten, die als slecht bestempeld worden, hebben niet alleen negatieve effecten. Voorbeelden hiervan zijn kokos- of palmolie. Je lichaam gaat deze ‘slechte’ vetten anders verwerken waardoor ze toch een positieve invloed hebben op je lichaam.
Ondanks het feit dat verschillende slechte en neutrale vetten niet of nauwelijks wetenschappelijk onderzocht zijn, kan je ze best vermijden. Zorg ervoor dat je voldoende afwisseling hebt in je voeding en probeer de slechte vetten zoveel mogelijk te vermijden.
Hoe verwerk je goede vetten in je dieet?
Alle vetten bevatten verschillende hoeveelheden verzadigden mono-onverzadigde en polyonverzadigde vetten. Het aantal vetten dat je consumeert op een dag zou je in de eerste plaats moeten baseren op het aantal calorieën dat je binnenkrijgt.
Gewoonlijk zegt men dat zo’n 30% van je dagelijkse dieet uit vetten zou moeten bestaan, maar daarvan mag niet meer dan 5% uit poly-onverzadigde vetten komen. Omega 3-vetzuren zouden zo’n 2 tot 3% van je totale aantal calorieën moeten innemen. Omega 6 zou zo’n 1% van het totale aantal calorieën moeten innemen.
Stel dat je elke dag 2000 calorieën consumeert, dan zou
56 gram (500 calorieen uit) mono-onverzadigde en verzadigde vetten mogen bestaan
3,7 gram (33 calorieën) uit omega 3
7,3 gram (33 calorieën) uit omega 6
Tips
• Consumeer vetten die rechtstreeks uit voedsel komen, zonder dat er een verwerkingsproces of verhitting aan te pas kwam.
• Goede voorbeelden zijn noten, zaden, avocado’s en olijven
• Consumeer zo weinig mogelijk behandelde olie. Kijk uit naar extra vierge-olijfolie, de beste kwaliteit olijfolie.
• Maak je eigen saladedressings met pure olie. De meeste dressings die je in de winkel koopt, worden gemaakt met inferieure, te veel bewerkte en beschadigde olijfolie.
• Zorg ervoor dat je voldoende omega 3-vetten binnenkrijgt door natuurlijke producten te eten (bijvoorbeeld lijnzaden) of supplementen te nemen.
• Vermijd producten met transvetten en diepgevroren fastfood
• Vermijd dierlijke vetten. De hoogste concentratie toxinen bevindt zich bij dieren in hun vet.
Wat zijn goede en slechte vetten?
Vet wordt bijna altijd als de veroorzaker van obesitas, hartziekten en te hoge cholesterol aangewezen. Maar vet is niet altijd slecht! Voor een gezonde leef- en eetstijl hebben we goede vetten zelfs nodig.
Verschillende soorten vetten
• Verzadigde vetten
• Enkelvoudig onverzadigde vetten
• Meervoudig onverzadigde vetten (Omega 3, Omega 6)
Het menselijk lichaam gebruikt verschillende vetten op verschillende plekken, afhankelijk van wat het op dat moment nodig heeft. Zo worden polyonverzadigde vetten vooral gebruikt door de hersenen en de ogen, lichaamsdelen die een hoge activiteit hebben.
Natuurlijke voedingsproducten bevatten over het algemeen drie verschillende soorten vet. Sommige producten bevatten meer vet dan anderen. Zo vind je in een avocado 28% verzadigde, 68% mono-verzadigde en 13% polyverzadigde vetten.
Essentiële vetzuren
Polyonverzadigde vetzuren kunnen we opdelen in omega 3- en omega 6-vetzuren. Essentiele vetzuren zijn vetzuren die het lichaam niet zelf kan aanmaken zonder voedselbron. Ideaal is een evenwicht van 2:1, met dubbel zoveel omega 6-vetzuren als omega 3.
Omega 3 vind je onder meer in : lijnzaden, walnoten, vis (zalm, haring, makreel, sardines),enz.
Omega 6 vind je in: zonnebloemzaden, plantaardige olies (zonnebloem, sesam, sojabonen, enz.), margarine, pompoenzaden, enz.
Verzadigde en Mono-onverzadigde vetten
Mono-onverzadigde vetten: olijfolie, avocado, noten
Verzadigde vetten: dierlijke producten (boter, kaas, room), kokosnoot, palmolie, enz.
Goede en slechte vetten
Vetten zijn over het algemeen goed als ze van natuurlijke, onbewerkte voedingsmiddelen komen. vetten worden beschadigd door hitte, licht en zuurstof. Hitte en chemicaliën die fabrikanten gebruiken als ze olie vervaardigen zijn de belangrijkste bronnen van beschadigde vetten.
Poly-onverzadigde vetten zijn het meest fragiel. Olie dat veel van deze vetten bevat (bijvoorbeeld lijnzaadolie) moet in een donkere verpakking bewaard worden. De olie waar je best mee kookt is gemaakt van mono-onverzadigde vetten als olijfolie.
Transvetten
Transvetten zijn normale vetmolecules die tijdens het proces verhard zijn. Transvetten lijken in bepaalde opzichten op natuurlijke vetten, maar zijn onnatuurlijk voor het menselijke lichaam. Hoe minder transvetten je binnenkrijgt, hoe beter. Als je dieet niet genoeg goede vetten bevat, zal het lichaam de transvetten gebruiken.